Gemaal Lynden
Een modern gemaal in een historisch jasje
Alle feiten voor u op een rijtje
1836, 1840-1845, 1845, 1847, 1848 juni, 1848 december, 1849, 1852, 1853, 1855, 1856 maart, 1860, 1862, 1878,
1879 september, 1891-1892, 1897 en 1904, 1901, 1917-1919, 1919 september, 1921, 1924, 1933, 1951, 1953, 1954,
1967-1968, 1970-1975, 1982, 1989, 1990, 1992, 1994, 1995, 1997, 1998, 1999.
Het
gemaal Lynden is een rijksmonument.Het behoort tot de drie gemalen die de Haarlemmermeer
droog gepompt hebben.Het werd in 1849 in werking gesteld voor de droogmaking
van het Haarlemmermeer en is, ondanks zijn respectabele leeftijd,nog steeds
actief in de waterbeheersing van de Haarlemmermeerpolder.Het
is
zelfs het belangrijkste gemaal in "de strijd tegen het water". Het
gemaal Lynden werkte tijdens de droogmaking volgens hetzelfde beginsel als het
gemaal Leeghwater, dat begonnen was met de status van
proefstoomgemaal. Een in het oog lopend verschil was het aantal pompen, Lynden en
Cruquius hadden er elk 8, terwijl Leeghwater er 11 had. Het stoomvermogen van
de drie gemalen was even groot: 350 pk. Het Haarlemmermeer viel
na 39 maanden malen in 1852 droog. De stoomgemalen bleken in staat tot
het droogmalen van het meer, maar niet tot het droog houden van het gewonnen
grondgebied. Dit vond zijn oorzaak vooral in de onvoldoende waterberging en
de zuinige aanleg van de polder. Moderne stoommachines,centrifugaal pompen in
beweging brengend, namen die taak later met betere resultaten over. Weer later
werden ook deze weer vervangen door diesel- en elektromotoren.De huidige functie
van het gemaal is het pompen van overtollig water uit de Hoofdvaart, de slagader
van de Haarlemmermeerpolder, en het lozen van dit water ophet
boezemwater, de Ringvaart. Eenmaal in de Ringvaart wordt het water via het Noordzeekanaal
afgevoerd naar zee. Het gemaal beschikt anno 2000 over twee centrifugaalpompen.
Eén van de pompen wordt aangedreven door een dieselmotor van 800 pk., de andere
door een elektromotor met een vermogen van 630 KW. De motoren hebben ieder afzonderlijk
een gemiddeldecapaciteit van +/- 425
m3/minuut. De waterstand aan de polderzijde van het gemaal is circa -6 meter
NAP en de waterstand van de Ringvaart circa -0,60 meter NAP. Dat betekent een
opvoerhoogte van het polderwater van ruim 5 meter. In het onderstaande overzicht is een beknopte schets gegeven
van de in de afgelopen jaren opgetreden in het oog lopende wijzigingen in het
uiterlijk en innerlijk van het gemaal Lynden, alsmede van de modernisering van
de bemaling van de Haarlemmermeerpolder. Niet alle klein onderhoud en reparaties
zijn genoemd, dat zou te ver voeren. Verder wordt in dit overzicht ook enige
aandacht geschonken aan andere historische feiten die rechtstreeks of indirect
te maken hebben met het gemaal Lynden.
Na twee eeuwen
plannenmakerij wordt uiteindelijk definitief besloten tot droogmaking van het
Haarlemmermeer met behulp van stoombemaling.
De Ringvaart
en de Ringdijk worden aangelegd. Nu kan het ingesloten meer drooggemaakt worden.
Proefstomen gemaal
Leeghwater. Baron van Lynden van Hemmen, de naamgever van het gemaal Lynden,
zal de droogmaking van het Haarlemmermeer niet meer meemaken, hij komt op 86-
jarige leeftijd op 18 april te overlijden.
Eerste steen
legging voor de gemalen Cruquius en Lynden.
Het meer is afgesloten
van Rijnlands boezem.
Start bemaling
Haarlemmermeer door gemaal Leeghwater.
De bouw van gemaal
Lynden is gereed. De bouwkosten bedroegen f 542.239,00. De sterk gestegen metaalprijzen
maakten de bouw van zowel Lynden als Cruquius veel duurder. De leverancier van
het eigenlijke stoomwerktuig en de pompen van de Lynden was de Engelse fabriek
Fox en Co. en de leverancier van de overige delen van de stoomwerktuigen en
de balansen en de ketels waren evenals bij de Leeghwater de Hollandse fabrikanten
Paul van Vlissingen en Dudok van Heel te Amsterdam. Zes stoomketels van ieder
9 meter lengte zorgden voor de energie ten koste van grote hoeveelheden kolen.
Het gemaal Lynden werd volgens hetzelfde bouwkundige ontwerp van Ir. J.A. Beijerinck
gebouwd als het gemaal Cruquius. De stijl is vroeg neogotisch. De aannemer was
de firma De Laat uit Dordrecht. De Lynden werd gebouwd ongeveer 300 meter ten
oosten van het Lutkemeer onder Sloten. Het gemaal kreeg op basis van de ervaringen
met Leeghwater geen 11 maar slechts 8 pompen. Bijkomend voordeel hiervan was
dat deze aanpassing de machine minder topzwaar maakte en er meer werkruimte
kwam wat de veiligheid van de werknemers vergrootte.
De gemalen Lynden
en Cruquius worden in werking gesteld. Lynden wordt vernoemd naar Frederik Godard
Baron van Lynden van Hemmen, een telg uit een adellijke familie, wiens in 1821
gepubliceerde boek "Verhandeling over de droogmaking van het Haarlemmermeer",
ondanks de tegenwerpingen van zijn tijdgenoten, en na vele verbeteringen en
aanvullingen, uiteindelijk het uitgangspunt werd voor het uitgevoerde droogmakingplan.
Het Haarlemmermeer
valt droog.
Start verkoop
drooggemaakte gronden (tot en met 20 juli 1855).
Dreiging van
een doorbraak van de dijk bij het gemaal Lynden. Er ontstond een waterstroom
aan het westelijk einde van de waterkerende muur. De Hoofdvaart werd afgedamd
en een kistdam in de Ringvaart gemaakt. Bij onderzoek bleek dat het metselwerk
van het ketelgebouw ten opzichte van de toren was gescheurd, waardoor het water
via de zuigbuis voor ketelwatervoeding de polder weer binnenstroomde. Ook later
zouden verzakkingen en scheuren nog regelmatig optreden.
Aanbesteding
van herstellingen en vernieuwingen aan het stoompompgebouw tot wegneming van
de achter- en onderloopsheid van het gebouw.
Al in dit jaar
maakt men plannen voor de vergroting van de capaciteit van de gemalen van de
Haarlemmermeerpolder. De voorgestelde bemalingwerktuigen waren plunjerpompen,
die nog nooit eerder voor bemaling waren toegepast en weliswaar geschikt bleken
voor het droogmaken, maar niet voor het droog houden van de polder.
Wijziging van
de fundering van de noordwestelijke waterloop.
Na 30 jaar trouwe
dienst besloot het polderbestuur de stoomketels te vervangen. In plaats van
6 kwamen er 4 ketels die samen meer capaciteit hadden dan de 6 oude en ook nog
5% brandstofbesparing gaven. In plaats van 3,5 atmosfeer konden de nieuwe ketels
4,5 atmosfeer stoomdruk opbouwen.
Op deze dag kan
met het proefstoken met de nieuwe ketels begonnen worden.
Vanwege hoge
kosten van onderhoud en het grote kolenverbruik werd besloten tot de reconstructie
van het gemaal Lynden. Bij de keuze van de toe te passen pompen waren er twee
opties: Worthingtonpompen en de al genoemde centrifugaalpompen. De eerste optie
had als pluspunt het zuinige verbruik van energie, terwijl de tweede als belangrijk
voordeel de bijzonder geringe ruimte die ze innamen had en ook de geringe aanlegkosten
van de pompen. De centrifugaalpompen bleken een goede investering. De nieuwe
pompen hadden maar 57 % van de brandstof nodig ten opzichte van de oude pompen
en zij hadden ook een grotere wateropbrengst dan de 8 oude pompen. In dit jaar
werden, vanwege de plaatsing van 2 centrifugaalpompen, de zogenaamde vleugels
aan het gemaal gebouwd. Vanaf 1892 verschilde Lynden, na het verdwijnen van
de armen, definitief van het gemaal Cruquius.
De assen van
de goed functionerende pompen bleken her zwakke punt te zijn. In 1897 brak de
eerste en in 1904 de tweede as. De vernieuwde as van de eerste pomp bleek in
dat jaar al weer onbetrouwbaar.
In verband met
door verzakkingen ontstane scheuren moeten ankers worden aangebracht.
Ondanks het negatieve
advies van de ingenieur van de polder Bijl besluit het bestuur van de polder
tot elektrificatie van 1 van de 2 pompen. De PEN leverde een tweedehands hoogspanningsdraaistroommotor
en diverse andere benodigdheden, zoals een aanloopmotor, elektrische hulpmagneten
enz. De westelijke vleugel van het gemaal werd verbouwd. Daarnaast was de bouw
van een laagspanningsgebouw noodzakelijk. Voordeel van de elektromotor was dat
het bemalingbedrijf zodra nodig onmiddellijk ingezet kon worden. Bij de stoommachine
was dat niet zo, daarmee kostte het uren van voorbereidingen alvorens men daadwerkelijk
kon gaan malen. De elektromotor was afkomstig uit de Eerste Elektriciteitscentrale
van Noord-Holland. Daar had de motor dienst gedaan als generator. De inzet van
het apparaat voor Lynden was precies omgekeerd; vroeger werd het als generator
aan het draaien gebracht om dan stroom te leveren, nu gaf men het apparaat stroom
waardoor het draaiende kracht leverde.
Er wordt met
succes proefgedraaid met de elektromotor.
Een prettige
bijkomstigheid van de gedeeltelijke elektrificatie van de Lynden was dat de
dijkbewoners tussen Lijnden en het vliegkamp Schiphol werden aangesloten op
het elektriciteitsnet vanuit de transformators van het gemaal.
Verlagen houten
fundering en het maken van een nieuwe kroosbrug; wijziging fundering, verlenging
zuigbuizen; bemetseling van twee nieuwe stoomketels.
Het gemaal Cruquius
wordt buiten werking gesteld omdat het overbodig bleek na technische vernieuwingen
van de gemalen Leeghwater en Lynden, (elektromotor Lynden, centrifugaalpompen
Leeghwater). De capaciteit van beide laatstgenoemde gemalen werd aanzienlijk
vergroot. De Cruquius werd in 1935 geopend als museum van industriële geschiedenis.
Het polderbestuur
besluit de 57 jaar oude stoommachine te vervangen. De in 1919 geplaatste elektromotor
wenst men te vervangen door dieselmotoren.
De stoommachine
van de Lynden wordt door de controledienst van het Stoomwezen afgekeurd. Op
30 september 1953 wordt met Werkspoor een overeenkomst gesloten voor de levering
van Lugt-dieselmotoren. Ten aanzien van her brandstofgebruik was dit een goede
investering: een uur malen met de stoommachine kostte f 44,25 aan brandstof
en een uur dieselen slechts f 8,90.
Verbetering uitstroomkanaal
en start verbouwing Lynden in verband met de verwijdering van de stoommachine
en de plaatsing van de Lugt-dieselmotoren.
De uit 1953 stammende
Lugt-dieselmotoren worden in 1967 en 1968 vervangen door Brons-dieselmotoren.
Werkspoor kan namelijk geen onderdelen meer leveren voor de Lugt-motoren.
In de zeventiger
jaren staakt het gemaal Leeghwater de dagelijkse bemaling van de Haarlemmermeerpolder
om te voorkomen dat de uitslag van het zoute kwelwater de waterkwaliteit van
de Kagerplassen ernstig verslechtert en de recreatie daar onmogelijk maakt.
Sindsdien is het gemaal Lynden het enige hoofdgemaal dat zorg draagt voor de
dagelijkse bemaling van de polder. Gemaal Leeghwater springt alleen in perioden
van ernstige wateroverlast bij.
Het waterschapsbestuur
besluit tot de bouw van een nieuwe werkplaats met kantoorruimte bij de Lynden.
De oude werkplaats was bouwvallig en voldeed niet aan de eisen van de tijd.
De bouw werd opgedragen aan de firma Boelé en Zoon te Haarlem voor f 236.000,00
exclusief B.T.W.
Elektrificatie
en automatisering van de westelijke pomp van gemaal Lynden. De elektromotor
is een zogenaamde a-synchrone draaistroom-kern-sluitanker elektromotor met een
vermogen van 600 kW bij 1.000 omwentelingen per minuut. De oostelijke centrifugaalpomp
(anno 1967) wordt aangedreven door een Brons 2-takt dieselmotor met een vermogen
van 800 pk. Bij 375 omwentelingen per minuut. Sinds het begin van de jaren negentig
is met de invoering van een automatiseringsplan het waterbeheer van de Haarlemmermeerpolder
nog effectiever geworden. De Lynden speelt hierbij een grote rol. Onderdeel
van dit automatiseringsplan is, naast het meten en registreren van peilen en
debieten (hoeveelheid aangeboden water) door middel van telemetrie-electronica,
extra aandacht geven aan meldingen van peiloverschrijdingen en storingen. Dit
gebeurt vanaf de verschillende bemalinginstallaties in het gebied naar een centrale
alarmpost en wordt doorgegeven aan de automatische besturing van het waterbeheer
om een optimale benutting te realiseren. De ernst van storingen bijvoorbeeld
kan nu direct via de computer in Lynden beoordeeld worden, terwijl ook meteen
wordt aangegeven hoe de problemen kunnen worden verholpen. De Lynden is met
zijn tijd meegegaan!
Reparatie en
onderhoud schoorsteen Lynden door Vorstermans B.V. Renovatie plafond westelijke
uitstroming Lynden door Integron v.o.f.
Start verlichting
gemaal Lynden ’s avonds en 's nachts.
Een nieuw hoofdgemaal,
Bolstra geheten en aan de Aalsmeerderdijk gelegen, wordt in werking gesteld,
om de waterhuishoudkundige consequenties van alle luchthavengebonden activiteiten
op te vangen.
Herstelwerkzaamheden
aan ramen en boeidelen van de dakkoepel, en vernieuwing van het zinkwerk van
de dakkoepel.
Het college van
hoofdingelanden van het waterschap Groot-Haarlemmermeer besluit in principe
om, vanwege alle planologische ontwikkelingen in de Haarlemmermeerpolder, een
nieuw hoofdgemaal nabij Vijfhuizen te bouwen.
Renovatie instroommond
gemaal. Aanleiding voor deze omvangrijke actie was de slechte conditie van de
houten duikschotten, aangebracht rond de beide aanzuigpijpen van de pompen.
De renovatie kostte circa 1.5 miljoen gulden. Een kritisch onderzoek naar de
gehele instroommond van het gemaal leverde een aanzienlijke lijst met werkzaamheden
op. Te beginnen bij de aanpassing en conservering van de zuigbuizen, het aanbrengen
van een anti-rotatieschot, herstelling van de cavitatieschade (gaten in het
pomphuis als gevolg van imploderende luchtbelletjes), vervanging houten bodemafsluiting
bij de zuigmonden, het aanbrengen van een stalen damwand om droog te kunnen
werken, het aanbrengen van een bodembescherming in de maalkom, het baggeren
en verdiepen van de maalkom en betonreparatie van de kroosbrug. Uitvoering van
de werkzaamheden geschiedde door
Stork Bosman en V.B.K. De directievoering was toevertrouwd aan Heidemij Advies.
De levensduur van de renovatie bedraagt 25 jaar, de levensduur van het herstellen
van de cavitatieschade wordt geschat op 5 jaar.
Renovatie gietijzeren
deuren van de voormalige ketelruimte. Schilderen machinekamer Lynden door C.A.
van Oeveren.
Opdracht aan
Staalkabel BV voor de levering en montage van een tweetal bovenloopkranen in
het gemaal. De oude kranen dateerden uit 1893. Deze hadden een hijsvermogen
van 7000 kilo en werden ruim honderd jaar geleden vervaardigd door de firma
Figee in Haarlem. Volgens de nieuwe normen van de Hijs- en Hefmiddelen en de
veiligheidseisen van de ARBO-wetgeving voldeden de oude kranen niet meer aan
de huidige eisen. De kranen warden voornamelijk gebruikt bij het plegen van
onderhoud aan de machines en de pompen. Transport en inbouw van de kranen werd
verzorgd door de firma Saan. Schilderen waterloop Lynden.
Besluit tot het
laten uitvoeren van
een onderzoek naar de toekomstige situatie van de diesel-aangedreven pomp in
het gemaal. Aspecten welke in het algemeen bij dit onderzoek een rol spelen
zijn veranderende hydrologische omstandigheden, een andere manier van omgaan
met water, aanpassing aan normen alsmede aangepaste risicoanalyses. Verder is
in de toekomst aan de orde de vervanging van de in 1997 gereviseerde tandwielkast,
vervanging van de gasolietanks, reparatie van het binnenblad van de schoorsteen,
plaatsing van een rookgassenfilter en tenslotte de overweging om verder te gaan
met de automatisering van het gemaal.